In de Venetiaanse volkstelling in 1583 wordt het dorp vermeld als Turtulus met een populatie van 111 en tegelijkertijd wordt Drapanus genoemd met 39 inwoners. Tegenwoordig is Drapani, dat zich tussen Ayios Georgios en Sikia bevindt, volledig verlaten. Tourtouli was de zetel van Ibrahim Afendakis (of Afendakakis), de bloeddorstige leider van Albanese afkomst die de absolute heerser was over het district met volledige politieke, gerechtelijke en religieuze bevoegdheden die hij willekeurig uitoefende. In 1821 gaf hij het bevel om alle christenen in zijn gebied te vermoorden. Meer dan 700 mensen zouden zijn afgeslacht, waarvan 300 alleen in Tourtouli. De dorpen in het noorden werden gespaard, ongetwijfeld vanwege het feit dat zijn vrouw een christen was uit de familie Sakkadakis van Lastros.
Agios Georgios wordt beschouwd als een van de meest interessante archeologische gebieden. Er zijn verschillende toevallige vondsten uit deze delen en er zijn opgravingen uitgevoerd met als doel de begraafplaatsen van de Minoïsche en Geometrische perioden te ontrafelen, de Minoïsche villa in het gebied Prophitis Ilias mag ik natuurlijk niet vergeten. De begraafplaatsen liggen op de heuvel van Mandalia.
De opgravingen van de villa onthulden 30 kamers die zijn gerangschikt in vier opeenvolgende terrassen met elkaar verbonden door trappen. Slechts ongeveer de helft van het gebied is opgegraven en het is mogelijk dat er een bovenste verdieping is geweest. De nederzetting bloeide van de middelste Minoïsche periode tot de laat Minoïsche periode toen het werd verwoest door een aardbeving en vervolgens werd geplunderd. Afgezien van aardewerken vaten van verschillende types, waren de belangrijkste vondsten een late Minoïsche aardewerk wijnpers, een pottenbakkerswiel en een aantal stenen werktuigen.
Iedereen die geïnteresseerd is in grotten, moet niet nalaten de Mikro Katofigi-grot (425 m boven de zeespiegel) ten noordwesten van het dorp op de hellingen van de heuvel van Mandiliou Plai te bezoeken. Het werd bewoond in de oudheid en scherven van de vroege Minoïsche periode werden binnen gevonden, evenals de botten van mensen en andere zoogdieren. De grot bestaat uit een kleine kamer van waaruit een hellende galerij zo'n 40 m naar de heuvel afdaalt, met veel natuurlijke decoratieve elementen en holtes gevuld met water.
